vrijdag 8 juli 2016

Nog een impressie



Uit mijn wekelijkse bezoekje: 

Boven gekomen is mevrouw B niet op haar kamer, maar na zoeken vind ik haar aan het eind van de gang, samen met drie andere dames. 
Ik vraag aan mevrouw B of ze naar haar kamer wil of dat ze hier wil blijven zitten. Ze wil hier wel blijven en dus ga ik er maar bij zitten. Ik lees voor uit Een visje bij de thee van Annie M. G. Schmidt, en later uit Fluisteringen, het Humble- quotesboekje. 
Het is erg leuk om deze quotes voor te lezen, de tekeningen te laten zien, en voor zover mogelijk even door te praten over de betekenis van de quotes. We hebben het bijvoorbeeld over de quote:
            'Liefde is sterker dan de dood.'
           
            ‘Ik denk dat het wel klopt; dat als iemand doodgaat waar je heel veel van hebt gehouden dat je daar nog na hun dood van blijft houden. Wat denken jullie?’
Ja, dat denken ze eigenlijk ook wel.
            ‘En misschien houden zij ook nog wel van ons als ze al dood zijn? Wat denkt u? Is dat mogelijk?’
De een denkt na, de ander heeft de ogen gesloten; het zal haar worst wezen waarschijnlijk. Eén mevrouw zegt;
            ‘Dan zie je zijn gezicht enzo.’
Ik beaam dat en zeg:
            ‘Ja, en je weet vooral nog het gevoel dat iemand je gaf.’

Er is één mevrouw bij en die  is ongelooflijk dankbaar voor deze ochtend. Ze houdt van Humble en ze houdt van mij. Ze vindt het knap dat iemand zo kan schrijven en tekenen, en dan leg ik uit dat ik het heb gemaakt. Dat vindt ze geweldig, ze vindt het een eer dat ik het zelf aan ze kom voorlezen. Toevallig heb ik net wat Humble boekenleggers bij me die ik heb laten maken voor de lezing die ik eind augustus over Humble ga geven. Op de boekenlegger staat de quote:
            ‘Geïnspireerd worden is mooi, maar het is nog mooier om zelf te inspireren.’
Ik deel de boekenleggers uit als cadeautje en ze zijn er, eigenlijk tot mijn verbazing, heel blij mee.
De grote fan- mevrouw bedankt me dat ze na deze ochtend rijker is dan toen ze kwam. Dat ze heeft mogen nadenken en genieten over het leven etc.
Haar reactie ontroert me.
            ‘Kan ik zo’n boekje kopen?’
            ‘Helaas, ik verkoop ze niet.’
            ‘Nou dan gééf je hem toch!’ zegt ze bijdehand.

Later sta ik met mijn jas al bij de deur om weg te gaan, de dames moeten zo eten, en dan hoor ik met een heel zacht stemmetje de vrouw die het over het gezicht van haar geliefde had zeggen:
            ‘Ik wil naar God toe, ik wil Gerard zien.’...
En ik denk: Oh mijn God, wat doe ik met haar.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten